Naar aanleiding van gesprekken die hebben plaatsgevonden tussen initiatiefnemers, woordvoerders van de bewoners Vastenavondkamp en de gemeente Venlo over de plannen Diependijkstraat 2, zijn alle partijen ervan overtuigd dat de 20 zelfstandige huurwoningen die gerealiseerd worden een aanwinst zijn voor de wijk.
De gesprekken waren nodig omdat er onduidelijkheid, en daarmee onrust, was ontstaan bij de bewoners over de doelgroep waarvoor de nieuwe appartementen bedoeld zouden zijn.
De woordvoerders namens de bewoners van Vastenavondkamp: “In de gesprekken is nogmaals benadrukt dat het gaat om woningen die geschikt zijn voor 1 of 2-persoons huishoudens en toegankelijk zullen zijn voor bewoners met een starterssalaris. De doelgroep betreft jonge inwoners van Venlo in de beginfase van hun werkende leven. Het gaat bijvoorbeeld om jong volwassenen die vanuit hun ouderlijk huis willen doorgroeien of met een partner willen gaan samenwonen binnen de gemeente Venlo, maar nog geen koopwoning kunnen of willen bezitten. De omschrijving van de beoogde doelgroep (geen short stay maar bewoners die een binding hebben of krijgen met de buurt) zal ook opgenomen worden in de omgevingsvergunning. Belangrijk is dat de initiatiefnemers aangegeven hebben dat ze graag willen samenwerken met lokale partijen als het gaat om de verhuur en beheer van de appartementen”.
De initiatiefnemers zijn blij dat het plan voor de Diependijkstraat 2 draagvlak heeft in de buurt. “Nu omwonenden bekend raken met de inhoud van de plannen, spreken steeds meer mensen zich hier positief over uit. Daarnaast informeren veel jonge buurtgenoten naar de mogelijkheid hier een appartement te huren. Een modern, nieuw appartement in vertrouwde omgeving spreekt hen erg aan om voor het eerst alleen of met partner te gaan wonen.”
De bouwwerkzaamheden aan de Diependijkstraat 2 (voormalig kantoorgebouw Stichting Rubicon) kunnen vanaf aanstaande maandag 7 juni weer opgepakt worden. De vergunningen worden hiervoor verleend. Wethouder Erwin Boom: “De gesprekken waren echt nodig. En je ziet dan meteen als de partijen met elkaar om tafel zitten dat de onrust die er was snel is weggenomen en uiteindelijk iedereen enthousiast is als het om de toekomst gaat. Voor mij is dat als wethouder een signaal dat we als gemeente veel beter de regie moeten hebben en houden als het gaat om de communicatie van deze projecten die er ook in de toekomst zullen zijn”.
