Enkele weken terug verscheen er een artikel in Dagblad de Limburger waarin stond dat Stichting Leergeld Venlo in geldnood zou verkeren. De PvdA heeft vragen gesteld aan het college van B & W.
De stichting zou veel meer aanvragen hebben ontvangen dan zij vooraf hadden begroot. Volgens de voorzitter van de stichting betekent dit in het ergste geval dat er geen nieuwe aanvragen meer in behandeling kunnen worden genomen. Dit houdt concreet in dat Stichting Leergeld Venlo vanaf oktober haar hulp aan kinderen uit arme gezinnen in Venlo moet staken.
“In het artikel staat dat Stichting Leergeld Venlo al enige tijd in de clinch ligt met de gemeente over subsidieafspraken. Als dit klopt dan betreurt de PvdA-fractie dit in hoge mate.” aldus Mohamed Addarrazi van PvdA Venlo.
De PvdA Venlo vindt het van groot belang dat kinderen zeker kunnen zijn van een goede en zorgeloze toekomst. Daarvoor is het ontwikkelen en aanleren van basisvaardigheden als fietsen en zwemmen geen must maar noodzaak. Stichting Leergeld Venlo probeert te voorkomen, dat kinderen niet aan verplichte binnenschoolse of buitenschoolse activiteiten kunnen deelnemen vanwege het inkomen van de ouders. Als dit het geval is, kan Leergeld aanvullende hulp verlenen.
De ouders zelf krijgen geen geld in handen, maar Leergeld verrekent dit rechtstreeks met de leveranciers. Kinderen van 4 tot 18 jaar die opgroeien in gezinnen met een inkomen tot 120% van het bijstandsniveau kunnen daardoor wel meegaan naar bijvoorbeeld het schoolverlaterskamp (in groep 8) en andere verplichte schoolreizen en zij kunnen een fiets, computer, laptop en zwemlessen voor diploma A krijgen.
Vragen aan de gemeente
De PvdA betreurt het dat zij niet eerder op de hoogte waren van de huidige situatie en stellen daarom vragen aan de gemeente. Zo wensen zij graag antwoorden op; Is het waar dat de gemeente en Stichting Leergeld Venlo onenigheid hebben inzake subsidieafspraken? En zo ja, wat is de stand van zaken rondom deze kwestie? Is er een toename van armoede in onze gemeente, omdat er meerdere aanvragen zijn? Mocht de armoede zijn toegenomen, wat denkt het college hieraan te gaan doen?
Maar ook vragen zij zich af wanneer het college op de hoogte is gebracht over de financiële situatie van Stichting Leergeld en waarom de gemeenteraad niet eerder is geïnformeerd over deze ontwikkeling?
